DNA
copyright ©2007 A. Zuiderent
De oer-Vlaardinger was een Zuiderent
DNA-Match der Familie Zuiderent mit einem
1000 Jahr alten Skelett
DNA match of a Zuiderent family
member with a 1000 years old skeleton
Mannelijke en vrouwelijk afstammingslijnen
Migratieweg van haplogroep R1b
Gefantaseerde lijn van Afkomst
De zoektocht naar
de oer-Vlaardinger heeft een match opgeleverd. De
Rotterdamse tandarts Eduard Zuiderent is de moderne ‘oer-Vlaardinger’.
Dit heeft de burgemeester van Vlaardingen Tjerk Bruinsma vrijdag 6 juli 2007 in
de Grote Kerk van Vlaardingen bekendgemaakt. Het DNA van de tandarts komt
overeen met die van een man die ruim duizend jaar geleden leefde. Zuiderent is
op basis van DNA-onderzoek in mannelijke lijn verwant aan een duizend jaar oude
man die archeologen begin 2002 in het Vlaardingse
stadshart hebben opgegraven. De tandarts uit Rotterdam kon aan de hand van
genealogische gegevens aantonen dat zijn rechtstreekse voorvader Willem Jorisz. in 1549 in het aan
Vlaardingen grenzende Maasland woonde. Eduard Zuiderent is zeer geïnteresseerd
in genealogie en bezoekt vaak het Stadsarchief in Vlaardingen om onderzoek te
doen naar zijn voorgeslacht.
Het onderzoek vond plaats
naar aanleiding van de vondst van 45 graven in een deel van een duizend jaar
oude begraafplaats op de locatie ‘gat in de Markt’ te Vlaardingen. Op een stuk
van 5 bij 5 meter, 5 meter diep werden 41 kisten gevonden met menselijke
resten. De conserveringsomstandigheden bleken uitstekend te zijn, niet alleen
het botmateriaal, maar ook het hout van de kisten en zelfs het stro waarmee de
lichamen duizend jaar geleden waren afgedekt, verkeerden nog in zeer goede
staat. Dit stemde hoopvol met betrekking tot het aantreffen van oud DNA in het
skeletmateriaal. Voor het onderzoek is uit een aantal schedels een kies
getrokken. De kiezen zijn vervolgens overgebracht naar het Forensisch
Laboratorium voor DNA Onderzoek (FLDO) van het Leids Universitair Medisch
Centrum waar DNA-deskundige prof.dr. Peter de Knijff het materiaal heeft geanalyseerd.
Het is hiermee
voor het eerst in Nederland gelukt om met hulp van DNA-onderzoek een periode
van duizend jaar te overbruggen. De match is gebaseerd op gedetailleerd
Y-chromosoom DNA-profiel dat exact hetzelfde is aangetroffen in de duizend jaar
oude schedel. Het Y-chromosoom wordt van vader op zoon zonder noemenswaardige
veranderingen doorgegeven. Het betreffende Y-chromosoom DNA-profiel komt
overigens heel zelden in Nederland voor. Prof. dr. P. de Knijff
van het Leids Universitair Medisch Centrum is zeer tevreden over het resultaat
en noemt de match dan ook een ’pareltje op de Vlaardingse
kroon’.
Professor dr. P. de Knijff gaf op de bijeenkomst in Vlaardingen aan, dat het
mannelijke Y chromosoom DNA bevat dat vrijwel onveranderd, van vader op zoon
dus, wordt doorgegeven. Hij legde uit dat er van 24 van de menselijke resten
bruikbaar DNA was getraceerd. Hiervan waren de DNA profielen
met behulp van de computer zichtbaar gemaakt. Vervolgens werden de DNA profielen van de 88 mannen ingevoerd, die aan het
onderzoek hadden meegedaan en waarvan de voorouders uit de buurt van
Vlaardingen stammen. Hieruit kwamen 3 profielen die op een mogelijke
verwantschap wezen. 2 profielen waren vrijwel identiek, die weken echter op 1
punt af. 1 Profiel was identiek aan dat van een 45 jarige
man uit de 11e eeuw… Nu zegt dat nog niet zo heel veel, dus werd nagegaan hoe
vaak dit specifieke stukje DNA voorkwam in de database. Hieruit bleek dat het
DNA bij 50 van 23.000 Europese mannen voorkwam. In Nederland was op 2.000
mannen slechts van 1 man het DNA identiek. De DNA structuur
was dus uniek en er kan met 99,5 % zekerheid gezegd worden wie de oer-Vlaardinger is...
Het duizend jaar
oude DNA dat matcht met dat van Zuiderent, is dus van
een circa 45-jarige man. Opvallend aan zijn schedel
zijn sporen van geweld. De man heeft aan de rechterkant twee duidelijke deuken
naast elkaar in zijn schedel. Dit wijst erop dat hij zeker twee keer flink
geslagen is met een hard stomp voorwerp. De man heeft de klappen wel overleefd,
aangezien de fracturen weer mooi geheeld zijn.
Het Vlaardingse
materiaal is met name interessant omdat het afkomstig is uit een periode dat
Vlaardingen een turbulente ontwikkeling doormaakte. Zo bouwde graaf Dirk III er
kort na 1000 een burcht en ontwikkelde Vlaardingen zich tot een belangrijke
handelsplaats met een eigen muntslag. Dirk versloeg 1018 in de slag bij
Vlaardingen het rijksleger van zijn oom keizer
Hendrik II. Uit archeologisch onderzoek bleken enkele Vlaardingse
grafkisten voor een deel gemaakt te zijn van oude gesloopte Vikingschepen, mogelijk
afkomstig van Deense Vikingen die zich in Engeland hadden gevestigd. Uit
diverse windstreken kwamen er mensen naar Vlaardingen. Misschien vestigden zij
zich ook aldaar en vermengden zij zich met de plaatselijke bevolking.
De DNA-match
betekent dat alle personen met de naam Zuiderent (voor zover niet een DNA test
een vreemd vaderschap zou vaststellen) in mannelijke lijn van deze 1000-jaar
oude Vlaardinger (of van een directe voorvader van
deze) afstammen. Het geslacht Zuiderent is vrij klein, het omvat naar schatting
rond 100 naamdragers. Het toeval wil dat in deze familie 2 personen zich vrij
intensief met genealogie bezighouden en wel genoemde Eduard Zuiderent, die de
genealogie van het geslacht Zuiderent bewerkt en zijn achterneef Arnold
Zuiderent, auteur van de kwartierstaat op deze page. Bekende Zuiderents zijn
o.a. de cricket-international Bas Zuiderent (zoon van
Eduard) en de dichter Ad Zuiderent (broer van Arnold). Alle 4 hier genoemde
Zuiderents zijn nakomelingen van Bastiaan Zuiderent, genoemd in generatie 5 van deze kwartierstaat (kwartier 16).
Bron: AD, foto Jos
Jansen
Eduard Zuiderent met
de schedel van zijn verre familielid. Het is aan zijn vasthoudendheid te
danken,
dat deze
DNA-match überhaupt tot stand kwam, daar Eduard aanvankelijk niet deel mocht
nemen.
De naam Zuiderent
kwam namelijk niet voor in het poortersboek van Vlaardingen dat als
uitgangspunt
werd genomen om
de deelnemers uit te zoeken. Voorvader Willem Jorisz (generatie 13a, kwartier
4096)
gebruikte geen familienaam
en was landbouwer in Maasland, vlak bij Vlaardingen. Pas zijn zoon
Cornelis Willemsz (generatie 12a) noemde zich
als eerste Suijderent of Van Zuijdereijnt.
Bij portretten
van familieleden is veelal de eerste vraag of ze op elkaar lijken. Daar zelfs
broers en neefs vaak weinig van elkaar weghebben, is
een gelijkenis over een periode van 1000 jaar nauwelijks te verwachten. Toch
lijken zich bepaalde trekken op onderstaande afbeeldingen voortgeplant te
hebben, met name de vorm van het voorhoofd en de markante kin. Zou het toeval
zijn of toch vererving?
Vlaardinger
‘Oer-Zuiderent’ ca. 1040 Aart
Zuiderent 1884/1968
The skull compared with a family
member after more than 30 generations.
De fysisch
antropologe Maja d’Hollosy heeft een reconstructie
gemaakt van het gezicht van de Middeleeuwse oer-Vlaardinger.
Deze gezichtsconstructie is
8 mei 2008 onthuld en tentoongesteld in het Vlaardings
Museum. De gelijkenis met Eduard Zuiderent was vrij frappant, hoewel mevrouw d’Hollosy nooit een foto van Eduard gezien had. Zou de
mannelijke lijn de gezichtsvorm versterkt verder geven? Tenslotte betreft het
slechts één voorouder van zo’n miljard, waar iemand zo’n 30 generaties geleden
van afstamt....
Foto: heleen verdonk
Eduard Zuiderent (left)
with the face reconstruction (right).
1000 years or at
least 30 generations
difference: they still seem to have some similarities...
Foto:
31.7.2008
Another family face: Arnold
Zuiderent, author of this page, confronted with
his far forefather or great-uncle
at the exhibition in the Vlaardingen Museum.
The reconstructed 1000 years’ old
face compared with Bastiaan Zuiderent
(1857-1930), first
photographed man in our family line and common great-
grandfather of Eduard
and Arnold. The facial resemblance is remarkable.
Die Familie Zuiderent ist eine relativ kleines Geschlecht (kaum 100 Namensträger),
stammend aus dem Dorf Maasland zwischen Rotterdam und
Den Haag. Kürzlich ist bekannt geworden, dass schon im 11. Jahrhundert
Mitglieder der Familie Zuiderent in der Stadt Vlaardingen, westlich von
Rotterdam, gewohnt haben. Die Hafenstadt Vlaardingen war damals praktisch der
Hauptort der Grafschaft Holland, wo in 1018 Graf Dirk
III von Holland (Theodericus III Hierosolymita) die Reichsarmee seines Onkels Kaiser Heinrich
II vernichtend schlug. In diesem Zeitraum, zwischen 1000 und
1050, wurde ein Mitglied der späteren Familie Zuiderent in Vlaardingen in einem
Holzsarg beerdigt. Der Mann wies Kerben in seinem Schädel auf....
Aus einem Pressebericht vom 07.07.2007
ist dazu folgendes zu entnehmen:
Eduard Zuiderent, ein pensionierter Zahnarzt
aus Rotterdam ist der Nachkomme eines Mannes aus dem 11. Jahrhundert aus
Vlaardingen (bei Rotterdam), dessen Schädel dort im Jahre 2002 unter dem
Marktpatz ausgegraben wurde. Dies ist das Ergebnis forensischer genetischer
Untersuchungen von Prof. Dr. Peter de Knijff, Dozent
für Populations- und Evolutionsgenetik am medizinischen Zentrum der Universität
Leiden (LUMC).
Nachdem im Jahr
2002 in Vlaardingen 41 menschliche Körper aus dem 11. Jahrhundert
ausgegraben wurden, die so gut erhalten waren, dass DNS
Analysen möglich waren, beschlossen die Gemeinde Vlaardingen und das
LUMC, sich im Rahmen des Projektes ‘Graben in Vlaardingen’ auf die Suche nach
heute lebenden Nachkommen zu machen.
Die Forschungen richteten sich dabei auf das
in Zähnen erhalten Y-Chromosom, das nicht nur ziemlich unverändert vom Vater an
den Sohn vererbt wird, sondern auch mühelos an Stammbaumdaten der männlichen
Linie (Nachnamen) koppelbar ist.
Die alten Zähne wurden mechanisch und chemisch
gereinigt, zermahlen und in Flüssigkeit aufgelöst. Die DNA-Fragmente in der
Flüssigkeit wurden danach ‘sequenziert’, wodurch die Reihenfolge der
Basenpaare, den DNA-Bausteinen, bestimmt werden konnte. So konnten die Proben
mit zehn Standard Markern des Y-Chromosoms verglichen
werden.
In der Zwischenzeit suchte man mittels
Ahnenforschung nach heute lebenden männlichen Nachkommen, den ‘modernen Ur-Vlaardingern’. Ausgangspunkt hierzu war das ‘Poorterboek’ von 1555, worin die Namen von 261 Vlaardinger Bürger vermeldet sind. Von 88 Männern, die
nachweisen konnten, dass ihre Vorfahren bereits im 16. Jahrhundert oder früher
in Vlaardingen wohnten, wurden Speichelproben entnommen und ihr Y-Profil
daraufhin mit denen der alten Skelette verglichen.
Dies führte schliesslich zu einer echten
Übereinstimmung (full Match, in allen Y-Merkmalen
identisch) der alten DNA eines etwa 45-jährigen Mannes, begraben etwa
1000/1050, mit einem Mann aus der untersuchten Gruppe – Eduard Zuiderent,
Zahnarzt aus Rotterdam und aktiver Hobby-Genealoge. Da die DNA
Gruppe als sehr selten klassifiziert wurde (nur 50 von 23000
europäischen Männer gehören dazu), ist ein zufälliger Match praktisch
ausgeschlossen.
Dies
bedeutet, dass die Familie Zuiderent in direkter männlicher Linie von diesem
45-jährigen Mann aus dem 11. Jahrhundert (siehe Bild) oder mindestens von
einem seiner direkten Vorfahren abstammt. Der Mann hatte einige Kerben in
seinem Schädel, die jedoch geheilt waren und nicht zum Tode geführt haben.
Der
bislang ältest bekannte Zuiderent war Willem Jorisz, geb. ca. 1520, ein Bauer mit recht viel Land in Maasland, ein Nachbardorf von Vlaardingen. Sein Sohn
Cornelis Willemsz führte als Erster den Nachnamen Zuiderent, damals als Suijderent oder Van Zuijdereijnt
geschrieben. Mit der DNA-Untersuchung wurde der Stambaum
somit um etwa 500 Jahren verlängert, allerdings ohne Namen oder weiteren
Angaben zu den einzelnen Ahnen.
Seit Mai 2008 ist eine Gesichtsrekonstruktion
des Mannes im Museum Vlaardingen ausgestellt. Obwohl die physische Anthropologin, die die Rekonstruktion auf Grund des Schedels
angefertigt hat, Eduard Zuiderent nie gesehen hatte, sind Ähnlichkeiten
zwischen den beiden augenfällig (siehe Abbildungen oben). Die Frage ist nur ob
dies kein Zufall ist, sind docht die physischen
Eigenschaften eines Menschen vom autosomalen DNA abhängig, stammend von 2
Eltern, 4 Grosseltern, etc. Oder hat vielleicht die
männliche Linie einen besonderen Einfluss auf das Aussehen eines Mannes?
The roots of the Zuiderent family, a
small family with less than 100 members worldwide, have been
located in the village of Maasland near the town of Vlaardingen, West of
Rotterdam. The first documented member of the family was Willem Jorisz, a well-to-do farmer in Maasland, very near to
Vlaardingen, who was born around 1520. His son Cornelis Willemsz was the first
member if the family bearing the name Zuiderent, in the 17th century
written as Suijderent or also Van Zuijdereijnt.
However, since 2007 it has been proven that members of the Zuiderent family
already lived in the region in the 11th century.
As announced
in a press release of Reuters of July 2007, Dutch archaeologists have matched
the DNA of a member of the Zuiderent family, Mr. Eduard Zuiderent, a retired
dentist in Rotterdam, to his ancestor who lived during the 11th century in the
town of Vlaardingen. Ahead of planned building work, an excavation in 2002
found a graveyard dating from around 1000 - 1050 AD. Archaeologist Tim De
Ridder said coffins were excavated due to planned building work. ‘This is one
of the 41 individuals we found over there, very well preserved. The coffins
would be destroyed by the new buildings and that’s the reason why we went to
excavate over there,’ he said.
Only people who
could prove generations of their family had descended from Vlaardingen were
accepted into the lengthy process of identifying relatives. A book called the
Book of Inhabitants which listed all residents in Vlaardingen during the
sixteenth century helped many to discover how far back their family roots ran.
Once accepted into the study DNA samples were taken and sent to the Leiden
University in Leiden, 15 km north of The Hague, where tests were carried out.
Test results, which took six months to complete, were released on July 6 2007. Only one full match was found, the Y-DNA of Mr.
Zuiderent was the same as the Y-DNA of a 45-years old man (see picture).
41 skeletons were found in the graveyard of
which 32 had their DNA intact which enabled scientists to match them with 88
residents of Vlaardingen. Unwrapping his ancestor's skull out of a cardboard
box, Zuiderent said: ‘We happen to be relatives. Some maybe 35 generations ago,
I don't know. It's maybe an uncle, maybe not a direct father, but a brother or
an uncle or a nephew, but we have identical same DNA,’ he said adding it was an
incredible feeling to hold his ancestors skull. The municipality of Vlaardingen is the first
town in the Netherlands to have made a DNA match between a living man and his
ancestor.
The area around Vlaardingen was
already settled by about 2900BC to 2600BC. In 1990, a 3300-year-old skeleton
was dug up at the edge of Vlaardingen. But between the 2nd half of the 3rd
century and the
beginning of the 8th century, the region was uninhabited. In 726 or 727 the
area is again mentioned as Marsum, where a
little church was founded around which Vlaardingen formed. In 1018 it was a stronghold of Count Dirk III (Theodericus
III Hierosolymita), who levied an illegal toll on ships on
the Meuse river. An army sent by his uncle German Emperor
Henry II in order to stop the toll was defeated by Dirk III in the Battle of Vlaardingen
in 1018.
This means, that the first known
Zuiderent, who died between 1000 and 1050 in Vlaardingen, may have lived there
during that battle or even participated in it. His braincase shows some haeled dents on the right side......
Since May 2008 a reconstruction of the face if this man is shown in
the museum of Vlaardingen. It is made by an physical
anthropologist, using the skull. And look: we see some similarities between
this reconstruction and the face of one of his far descendants, Eduard
Zuiderent (see also pictures above). Is this by pure chance or are certain
physical characteristics, for example the shape of a mans head, perhaps especially dependent on the man’s
line and not equally dependent on 2 parents, 4 grandparents etc. via the
autosomal DNA?
Foto: Rijnmond
Eduard Zuiderent with
the skull and a face reconstruction of the earliest
known member of the
Zuiderent family, buried around 1040 in Vlaardingen.
In 2013 a plaque was
unveiled in Vlaardingen
because the DNA match in 2007.
Zou het misschien
ook mogelijk zijn d.m.v. DNA-onderzoek te bepalen tot welk volk onze
voorvaderen behoorden? Als ik aan het Westland denk als bakermat van de familie
Zuiderent, dan zouden het wel eens Cananefaten
(vroeger Kaninefaten genaamd) geweest kunnen zijn,
die immers aan de kust woonden met hun centrum in Forum Hadriani
(Voorburg). Of misschien eerder Friezen (die later de kuststreek bewoond zouden
hebben) of Franken, je komt er waarschijnlijk nooit achter. Toch is er een
nieuwe wetenschap, die misschien nog eens een antwoord op zulke vragen kan
geven: de genografie.
Genografie is een
jonge tak van wetenschap die onderzoek doet naar de afstammingsgeschiedenis van
de mens op grond van DNA. Bepaalde types DNA vertonen slechts zelden mutaties,
waarbij we in perioden van meerdere 1000 jaar moeten denken. Na zo’n mutatie ontstaan
2 takken in de stamboom: één tak die zonder deze mutatie verder gaat en één tak
met gemuteerd DNA. Is de gemiddelde mutatiesnelheid bij benadering bekend, dan
kan aan de hand van de DNA-verschillen tussen 2 personen geschat worden wanneer
hun takken zich gesplitst hebben, dus wanneer ze een gemeenschappelijke
voorouder hadden.
Van de genografie
worden waardevolle aanvullingen verwacht op traditionele archeologische studies
over migratiebewegingen. De geografische spreiding van bepaalde mutaties kan
namelijk gebruikt worden om migratiepatronen in de mensheidsgeschiedenis te achterhalen.
Zo zou zich volgens de genografie de wieg van de mensheid in Afrika bevinden,
van waar uit niet alleen Azië en Europa maar ook Amerika (vooral via de
Beringstraat) en Australië (via de kust van Azië) bevolkt zouden zijn. Deze
migratiebewegingen hebben langs de migratieroute als stille getuige hun sporen
in het DNA-patroon van de plaatselijke bevolking achtergelaten.
In de praktijk
wordt er gebruikt gemaakt van twee soorten DNA, die het mogelijk maken een
globale genealogie van de mensheid op te stellen op een tijdschaal van
tienduizenden jaren:
Wie wel eens een
kwartierstaat bekeken heeft, begrijpt dat deze afstammingslijnen slechts een
klein gedeelte van ons erfgoed representeren. Gaan we zo’n 1000 jaar terug, dan
hebben we theoretisch meer dan een miljard voorouders, waarbij dit uiteraard
gedeeltelijk dezelfde personen zullen zijn. Maar kijken we slechts naar de
bovengenoemde twee lijnen, de mannelijke afstammingslijn via de vader en de
vrouwelijke via de moeder, dan praten we over niet meer dan 2 voorouders, ook
1000 jaar geleden. Het kleine stukje erfgoed, dat door deze twee personen
verder gegeven wordt, verdwijnt in het niet in de gehele erfgoed-mix van de
meer dan een miljard voorouders!
Wij beperken ons
hier verder zelfs tot de mannelijke afstammingslijn, dus het Y-chromosoom DNA.
Deze komt in de regel overeen met de vererving van de familienaam en
representeert de lijn die ook in de genealogie de grootste rol speelt. In de
verwarrende complexiteit van ons totale voorgeslacht brengt de beperking tot de
afkomst van de familienaam uiteraard een grote vereenvoudiging. Anderzijds
geeft deze beperking ook een enorm verlies aan informatie over ons erfgoed.
Veel deelnemers aan DNA tests lijken zich deze beperking niet bewust te zijn.
In discussieforums verbazen zich er vooral Amerikanen nog al
eens over, dat ze volgens DNA test tot bevolkingsgroep x zouden behoren terwijl
de uiterlijke kenmerken duidelijk op groep y wijzen. De invloed van de
vaderlijke lijn hoeft immers niet uiterlijk zichtbaar te zijn, noch zich in
verdere eigenschappen te manifesteren.
De meeste fysische eigenschappen van een mens, zoals lengte, kleur van
de ogen etc., hangen namelijk niet af van het Y-DNA of het mtDNA
maar van het autosomale DNA, geërfd van 2 ouders, 4 grootouders, 8
overgrootouders, etc.
In de genealogie
wordt van zgn. STR Short Tandem Repeats
gebruik gemaakt, dat zijn korte sequenties in het DNA, die zich tot 20 maal
herhalen kunnen. Tussen vader en zoon ontstaat nogal eens een ‘kopieerfout’,
mutatie genaamd, waardoor het aantal herhalingen om één punt kan verschillen.
De getalswaarde (d.w.z. het aantal herhalingen) van de betreffende ‘STR-merker’
is dan bv. 12 bij de zoon i.p.v. 13 bij de vader. Een combinatie van zo’n 16
tot 67 zulke STR-merkers bepaalt het zgn. HAPLO-type,
d.w.z het DNA-profiel waaruit verwantschap aangetoond
kan worden, bv. bij de bovengenoemde oer-Vlaardinger.
In de genografie
daarentegen worden zgn. SNP Single Nucleotid Polymorphisms gebruikt, een zeer zelden voorkomend type
DNA-mutatie, ook wel puntmutatie genaamd. Het betreft een verandering in een
enkel basispaar op het DNA molecuul, een zeldzame
verandering, die dan echter over honderden generaties van vader op zoon verder
gegeven wordt. We praten hier dan over perioden van (tien-)duizenden jaren en
over merkers die voor hele bevolkingsgroepen gelden.
Op grond van deze
SNP-mutaties in het onderzochte (Y-)DNA kunnen de onderzochte personen in zgn. HAPLO-groepen ingedeeld worden. Zo’n
groep wordt wel vergeleken met een volksstam of een clan, waarvan de meeste
leden in de (pre)historie dezelfde migratieweg gevolgd zijn. De dominante
haplogroepen in Noordwest-Europa voor mannen zijn R1b en I, waartoe
respectievelijk ca. 50% en 25% van de bevolking behoort.
Een DNA onderzoek bij de organisatie Family Tree DNA heeft
aangetoond, dat de Zuiderents tot de
haplogroep R1b behoren, of meer precies tot de ondergroep R1b-U106.
De migratieweg
van de R1b groep zou volgens onderstaand kaartje verlopen zijn. De merkers M168
t/m M343 geven aan waar een mutatie plaats gehad zou hebben, waardoor de nieuwe
deelstam zich van de hoofdstam onderscheiden kon.
Zo zou de mutatie
M89 zo’n 45’000 jaar geleden bij een man in het Midden-Oosten plaatsgevonden
hebben, die daardoor als voorvader van de meeste Europeanen en Aziaten geldt.
Bij meer dan 90 % van de niet-Afrikaanse mannen is merker M89 in het Y-DNA
aanwezig. Later vond weer een scheiding plaats bij M9, waarbij één groep in
richting India en Pakistan getrokken is, terwijl de andere – waar onder de
nakomelingen van onze voorvader met mutatie M9 – in richting Centraal Azië
verder ging. Van deze M9-groep zouden de meeste inwoners van het Noordelijk
Halfrond afstammen, behalve de Europeanen ook de Oost-Aziaten en de meeste
Indianen.
Zo’n 35’000 jaar
geleden, vond bij een man onder de M9-groep in Centraal Azië de mutatie met
merker M45 plaats. Hij zou de voorvader zijn van de meeste Europeanen, maar ook
van een groot deel van de precolumbiaanse Amerikanen, die afsloegen in richting
Beringstraat. Zo’n 5000 jaar later trad merker M207 op in een clan, die na een
lang oponthoud in Centraal Azië afsloeg in de richting van het Europese
subcontinent. We gaan hier niet in op de klimatologische veranderingen
(ijstijden etc.) die de richting van de tocht uiteraard sterk beïnvloed hebben.
Dan volgde een
man met merker M173, wiens nakomelingen behoren tot de eerste grote golf van
mensen die in Europa voet vatten. Hun aankomst luidde het uitsterven in van de
Neanderthalers in dit gebied. Toen zo’n 20’000 jaar geleden de laatste ijstijd
aanbrak, trok de bevolking uit het noordelijk deel van Europa zich terug in het
warmere zuiden, waar ze in Spanje, Italië en de Balkan overleefden, om bij
hogere temperaturen weer terug te keren naar het noorden. De mensen met merker
M173 kozen voornamelijk Spanje als refugium, waarna ze zich voor een groot
gedeelte in Noord-Frankrijk en op de Britse eilanden vestigden.
Intussen trad in
de M173 groep een mutatie met merker M343 op (ontdekt in 2004), deze definieert
uiteindelijk de haplogroep R1b, die de expansie in Europa domineerde. Het
grootste gedeelte van de groep R1b behoort met de merkers P25 en M269 tot de
ondergroep R1b1b2. Men spreekt wel van de Cro-Magnum
mensen, die o.a. verantwoordelijk zijn voor spectaculaire grotschilderingen van
bizons, paarden en andere dieren in Zuid-Frankrijk, zeer vroege uitingen van
artistieke begaafdheid. Een der
subgroepen van R1b1b2 is de Haplogroep R1b-U106.
afbeelding: National Geographic
De
migratieroute van het volk met haplogroep R1b verloopt van Afrika door met
Midden-Oosten en Cen-
traal-Azië naar Europa, waar ze de
Neanderthalers verdrijven. Tijdens de ijstijd ‘overwintert’ de groep
voornamelijk in Spanje, om zich daarna o.a. in
Noord-Frankrijk en op de Britse Eilanden te vestigen.
Zoals boven
vermeld, behoren de Zuiderents tot de sub-haplogroep R1b-U106 die in Nederland
wijdverbreid is en in de provincie Friesland haar hoogste dichte bereikt.
Behalve in Noord-Duitsland en in Denemarken zien we ook in Engeland een vrij
grote dichte van R1b-U106, terwijl zelfs in Oost-Europa een deel van de
bevolking tot deze groep gerekend wordt. U106 heeft een zustergroep P312, die
meer in oorspronkelijk Keltisch bevolkte gebieden voorkomt in tegenstelling tot
de meer Germaans bevolkte gebieden van U106.
afbeelding: EthnoAncestry
Veel Europeanen
behoren tot haplogroep R1b (oranje + geel), in sommige streken meer dan 50%
van de
bevolking. De grootste ondergroep R1b-U106 (oranje) werd vroeger wel de
‘Friese’ haplogroep
genoemd, daar deze
in Friesland haar piek bereikt. Zij maakt totaal ca. 35% van de R1b-groep uit.
Over de ouderdom
en de plaats van de mutatie met de merker U106/S21, die deze haplogroep
definieert, zijn de geleerden het nog niet eens. Men vermoede oorspronkelijk
7000 jaar v. Chr. en wel in Noord-Europa. (Een tot de verbeelding sprekende
plaats is ook Doggerland in de huidige Noordzee, soms wel vereenzelvigd met
Atlantis). Tegenwoordig is eerder sprake van rond 2600 v. Chr. De verschillende
websites op dit gebied geven soms de indruk dat men veel meer pretendeert te
weten dan wetenschappelijk verantwoord is. Voorzichtigheid met conclusies is
daarom nodig, temeer daar deze wetenschap nog in de kinderschoenen staat.
Bij Family Tree
DNA gaf men mij bij een eerste test met resultaat R1b op een certificaat aan
dat wij tot het ‘oervolk der Kelten’ zouden behoren en afkomstig zouden zijn
uit Groot-Brittannië. Dit geeft de indruk dat men van deze commerciële
organisatie niet alleen wetenschappelijk verantwoorde uitspraken kan
verwachten, het geheel doet eerder aan astrologie denken.....
Bij een latere test, die de ondergroep R1b-U106 als resultaat had, onthield men
zich van zulke uitspraken.
De resultaten van
het project ‘Genetische genealogie in Nederland’ zijn in een boekwerk ‘Zonen
van Adam in Nederland’, uitgegeven eind 2008 bij Barjesteh
van Waalwijk van Doorn & Co, samengevat. Er zijn zo’n 400 stamreeksen
opgenomen met vermelding van haplogroep en haplotype
(waaronder ook een geïllustreerde stamreeks Zuiderent op blz. 391). Het boek
geeft een beeld van de samenstelling van de Nederlandse bevolking onder het
gezichtspunt van de diverse haplogroepen en hun waarschijnlijke herkomst. Rond
de helft van de deelnemers blijkt tot haplogroep R1b1b2 (in het boek nog ‘R1b3’
genoemd) te behoren en ca. 33% tot groep I. Helaas wordt R1b3 nog niet verder
onderverdeeld, de merker U106 – die juist voor Nederland een interessante
indeling zou kunnen geven – werd niet getest. Wel wordt betreffend de Friezen
een ongewone suggestie gedaan. De haplogroep I blijk vooral in
Zuidwest-Friesland, West-Friesland, langs de kust van Zuid-Holland en in
Noordwest-Brabant een dominante positie in te nemen tegenover R1b3. Hetzelfde
geldt voor de Vlaamse kust tot ten Zuiden van Duinkerken. Men brengt dit
meestal in verband met de activiteiten van de Vikingen in deze gebieden. Het
zou echter – volgens dit boek – ook met het zgn. ‘Friese koninkrijk’ te maken
gehad kunnen hebben, de Friezen waren veel eerder dan de Vikingen in deze
gebieden aanwezig. Een interessante gedachte, die echter lijnrecht lijkt in te
gaan tegen de hypothese dat de Friezen tot de groep R1b-U106 behoord zouden
hebben. Verder geeft het boek op blz. 58 een impliciete aanwijzing dat de
graven van Holland, die oorspronkelijk graven in West-Friesland waren (en
volgens verschillende hypothesen van Radbout V van
Friesland zouden afstammen) tot de vrij zeldzame haplogroep G behoren. Het
laatste woord is ook hier zeker nog niet gesproken, wel kan vermoed worden dat
ook vroegere volksstammen als Friezen, Franken en Saksen in zichzelf reeds een vrij grote vermenging van haplogroepen vertoonden.
Hier is de naam
R1b-U106 gebruikt, naar de bestemmende merker U106. Tegenwoordig gebruikt men
eerder de naam R-U106
Men gebruikt als
benaming ook U106/S21. De merkers S21 en U106 zijn identiek, ook bekend als
M405 (deze drie SNP’s zijn gelijk maar apart
ontdekt).
Oorspronkelijk
werd deze haplogroep R1b1c9 genoemd, men komt dit in verschillende geschriften
nog tegen.
R1b1b2 werd oorspronkelijk (2003 tot 2005) R1b3 *) genoemd, later (2005
tot 2008) R1b1c, vandaar
de toenmalige benaming R1b1c9 als ondergroep.
Als subgroep van R1b1b2 werd later voor R1b-U106 de benaming R1b1b2g
gebruikt (tot 10.2008 door FamilyTreeDNA).
De ISOGG
gebruikte later R1b1b2a1a1, nu zet zich eerder R-U106 door. Eveneens R-S5970
*) In de resultaten van het project „Genetische
genologie in Nederland’, die eind 2008 bekend gegeven werden, wordt nog altijd
de oude uitdrukking R1b3 gebruikt. Men wil men zich blijkbaar door de razende
veranderingen niet gek laten maken.
Wikipedia R1b1b2a1
Bryan Sykes: De zeven
dochters van Eva, ISBN10: 9041705279
Robin McKie: Face of
Britain, How our genes reveal the history of Britain,
ISBN-13: 978-0-7432-9529-1
https://www.familytreedna.com/public/r-z18/
Intussen is bij
U106 weer een aantal ondergroepen ontstaan waarvan ons DNA
deel blijkt uit te maken. Ten eerste behoren we tot een vermoedelijk
rond 2200 v.C. ontstane ondergroep Z18, die aanvankelijk
wel ‘Norrth Sea Tribe’
genoemd werd. Binnen deze groep ontstond – met Z17 als tussenstap – een
ondergroep Z372 die duidelijk uit Vikingen bestaat. De nakomelingen bevinden
zich in landstreken die door de Noormannen werden bevolkt. Daarna komen we met
een tussenstap ZP91 in de nog vrij kleine ondergroep R-S5970/ZP161 terecht. De
ouderdom van deze groep lijkt ergens rond 600 na Chr. Te liggen. Kennelijk zijn
we hier dicht bij de contemporaine geschiedenis beland: er maken personen deel
van uit wiens voorouders in 1066 met Willem de Veroveraar van Normandië naar
Engeland overgestoken zijn. Misschien is het geen toeval dat de gevonden Vlaardingers gedeeltelijk in kisten begraven werden waarvan
het hout van gesloopte Vikingschepen afkomstig was. Een analyse van de
haplogroep R-5970 wijst op een vermoedelijke afkomst uit Zuid-Noorwegen. Zie
ook onder Publicaties
en mijn niet gepubliceerde studies over onze Noorse afkomst onder Structurestudy_Z17.pdf en Origin_of_ZP161.pdf.
De migratieweg
van Scandinavië naar Nederland zou er volgens deze studies als volgt uitgezien
hebben:
De ZP161-Clan zou
uit het Noorse gebied Romerike stammen, waarheen een
groep Zweden via
Värmland
emigreerde. Noorse Vikingen uit dit gebied stichtten Hedeby
in Denemarken, waarna
ze onder de
Franken over het Oost-Friese Rüstringen en later over
een deel van Nederland gere-
geerd hebben. Vikingse strijders uit deze groep zijn waarschijnlijk na de
moord op hun leider
Godfried de Noorman
in 885 in dienst van de Hollandse graven getreden. De gele lijnen laten
latere
aftakkingen zien, en wel naar Engeland (Ragemer onder
Gilbert van Gent in 1066 met
Willem de
Veroveraar, waaruit de Lords of Wells) en naar Heilsberg in Oost-Pruissen met
de
Duitsche Orde, zie
mijn artikel in JB_2020.
Hoewel vrij veel
over de afkomst van de familie in mannelijke lijn bekend is, blijft een serieuze
stamreeks rond 1200 bij Dirk van Oestgeest steken, zie ‘Stamboom Zuiderent’.
Door onze DNA-gegevens hebben we vermoedens over de oudere geslachten,
teruggaande tot rond 700 na Chr. We weten echter niets met zekerheid en
uiteraard zijn de namen van vroegere voorouders onbekend. Dit gat zou je kunnen
opvullen met een historische roman, waar je vrij bent namen te verzinnen en ook
verder je fantasie de vrije loop te laten. Dit was dan ook mijn oorspronkelijke
plan, waarvoor een lijst van gebeurtenissen nodig bleek om het verhaal in een
plausibele context te plaatsen. Ook zijn gefantaseerde namen nodig voor de
diverse personen, die beschreven worden. Na een dergelijke lijst opgesteld te
hebben, ben ik tot de slotsom gekomen, dat een roman nauwelijks beter kan zijn
dan de lijst zelf, met een paar toevoegingen. Misschien minder romantisch, maar
zeker overzichtelijker dan een roman. De lijst is te vinden onder ‘Viking
Lineage’. Tot generatie 19 heeft dit niets met
serieuze genealogie te doen, ik hoop dus niet dat mensen de gefantaseerde
personen in genealogische databanken gaan overnemen.
April 2008/juli 2024,
Arnold Zuiderent